De Parking

parking

Als voor zovelen is zaterdag de dag om weer de voorraadkast aan te vullen. Zo ook voor mij.

Bewapend met boodschappentas, boodschappenbriefje en pinpas vertrok ik per auto alras naar het plaatselijk winkelcentrum. De regen teisterde mijn koetsje en de plassen werden krachtig opzij gesplasht. Reed vervolgens de nieuw ingerichte en gemoderniseerde parkeergarage onder de winkels binnen. Het was druk en het duurde even voordat ik een parkeerplek had gevonden. De capaciteit op zaterdagmiddag is niet toereikend, echter doet hierbij even niet ter zake. Met mijn tassen, lege colafles en pinpas in de aanslag stapte ik uit mijn koets.

Naast me stond een kleine dame van middelbare leeftijd met blond geverfd opgestoken haar waaruit een soort breinaald dreigend omhoog stak. Staand op haar tenen had ze bijna haar winkelwagentje geleegd in de achterbak van een veel te grote oude versleten SUV. Omdat ik een tas met 1 lege fles bij me had was het aantrekkelijk om het lege winkelwagentje van de dame over te nemen, temeer omdat het winkelwagentje het juiste winkelembleem had waar ook ik van plan was mijn boodschappen te vergaren. Ik bood haar mijn idee aan. Dankbaar ging ze op het aanbod in en ik overhandigde haar mijn 50 cent muntje.

Ik liep een klein minuutje door de natgereden parkeergarage, de schuifdeuren door en parkeerde mijn winkelwagentje op de roltrap. Omdat de roltrap en de wieltjes handig op elkaar zijn afgestemd blijft het winkelwagentje vast op de roltrap staan. Wat een uitvinding. Eenmaal uit de parkeergarage ging ik op weg naar de supermarkt. Daar bleek naast het boodschappen doen verder niets interessants te beleven. Na ongeveer 45 minuten slenteren van de ene winkel naar de andere begaf ik me met een volle winkelwagen terug naar het begin van de roltrap in de parkeergarage.

Ik plaatste mijn winkelwagen op de roltrap en zag de vloer gestaag naderbij komen. Wat een wonder toch zo’n roltrap. In volledige trance van dit wonder en omdat mijn brein nog in de boodschapmodus stond schrok ik hevig toen er op mijn schouder werd getikt. Ik stootte hierdoor hard tegen het winkelkarretje dat schokkend in beweging kwam en de weg naar beneden begon af te dalen. Na twee meter bleef één van de wieltjes weer in de roltrap haken en kwam het winkelkarretje met een schok tot stilstand.

De natuur deed echter gewoon zijn werk en het topzware wagentje begon door de G-krachten te kanteling om daarna zijn inhoud te verliezen. Een door mij ingezette katachtige duik voorkwam dat net niet alles van de roltrap naar beneden kukelden. Eenmaal onderaan de trap kon ik het wagentje weer rechtzetten en de gevallen boodschappen terugleggen. Ik keek omhoog naar de oorzaak van dit alles. Daar stond de kleine dame met het opgestoken haar met breinaald. Vol verbazing keek ik de kleine dame aan die in gestaag roltraptempo naderbij kwam en zei; “Neem me niet kwalijk hoor maar u heeft mij een 50 cent muntje gegeven voor het wagentje, maar er zat een euro muntje in hoor”.

Ik liep rood aan van woede, pakte haar bij haar korte nekje en prakte haar in de afvalbak die iets verder stond….. Nou ja dat zou ik hebben gedaan als ik aan deze eerste opwelling gevolg had gegeven……. Ik was coulant mijn hart zei wat anders en ik gaf haar een extra 50cent muntje. “Nee nee” zei ze “Het was een euro.” “Ja maar ik heb u toch al 50 cent gegeven” zei ik. “Oh Ja, sorry hoor, Alzheimer hè”. Ik keek haar vertederd na dit bericht aan en dacht “Goh ik had haar echt in die vuilnisbak kunnen proppen gepropt, ze had vijf minuten later niet meer geweten waarom.” Ze zei me gedag en keerde zich naar haar SUV.

Ik plaatste mijn boodschappen in mijn auto en zag het dametje in haar auto klimmen. Toen ik later in de auto zat op weg naar huis, wist ik dat er iets niet klopte. Immers ze had wel 45 minuten staan wachten en wist nog precies waarom. De arme boef, wat een klein AOWtje toch al niet met je doet.

Plaats een reactie