Het achtste pulletje

pulletje

Er zijn momenten dat ik even ga wandelen om mijn gedachten te ordenen en mijn gevoel de vrije baan te geven. Het was dinsdagmorgen, het waaide zachtjes, de lentezon verwarmde mijn gezicht, het gras voelde zacht aan onder mijn voeten. Aan de oever van de sloot die aan mijn voeten voorbij kabbelde lag een trotse moedereend met haar net uitgebroede pulletjes. De sloot was niet meer dan zo’n 2 meter breed en circa 40 tot 50 cm diep. Even verderop werd de sloot overbrugt door een klein boerenbruggetje en omzoomd door rietscheuten die het licht net hadden bereikt. Een eenzame eik maakte het tafereel compleet. Daar in het water had Sneek zijn rijk.

Sneek de snoek lag stil in zijn domein in het diepere water bij het bruggetje. Sneek was een trotse snoek van zo’n 108 cm lengte en vond zich met zijn mooie lichte en donkergroene teint en geel gestippelde buik, de knapste snoek in de weide omgeving, vond hij. Aan de helderheid en de veranderende korte schaduwen van het water merkte Sneek dat de tijd van overvloed weer naderde. De smaak van heerlijke jonge visjes en zachte spartelende pulletjes deed zijn bek vollopen van genot. Na het dagelijks inspecteren van zijn omgeving zwom hij traag terug naar zijn uitvalsbasis tussen het jonge riet, vlak onder de eik, waar twee dikke wortels zich in het water spreiden.

Niet ver van Sneek’s paleisje had Ans eend haar acht eitjes uitgebroed. Haar kroost had zich heerlijk en tevreden om haar heen genesteld en vonden daar warmte en bescherming. Een pracht tafereel. Het was echter tijd dat er gegeten moest worden. Ze spoorde haar acht pulletjes aan om haar te volgen naar het water. Gedwee en vol energie volgden ze haar in een keurige rij om op zoek te gaan naar heerlijk kroos en waterinsectjes. Ans en haar kroost gleden behoedzaam het water in, immers ze wist uit ervaring dat het water veel gevaar met zich meebracht.

Sneek’s interesse was gewekt, hij voelde de trillingen in het water en vol opwinding gleed hij geruisloos een stukje naar voren zodat zijn zicht op de omgeving optimaal was. Hij hoorde het driftige gepeddel van kleine pootjes en genoot al van de heerlijke maaltijd dat in het verschiet lag. Langzaam en behoedzaam kwam Sneek in beweging richting het lekkers. De oever en de jonge scheuten boden voldoende beschutting en dimde elke rimpeling en trilling in het water.

Ans zorgde ervoor dat haar pulletjes in haar omgeving bleven, immers de oever was de gevaarlijkste plek voor de pulletjes, maar waar ook het lekkerste en de meeste hapjes te vinden waren. Zodra ze klaar waren verzamelde Ans haar kroost in het midden van de sloot waar ze weer als een treintje achter elkaar naar het nest terug zwommen. Plots stopte Ans waardoor haar kroost als opgestapelde pulletjes tegen haar en elkaar aan zwommen. Het achtste pulletje wist de botsing te ontwijken en zwom geschrokken en in paniek richting de gevaarlijke oever.

Sneek had, toen hij nog op school zwom, een trucje geleerd om in school verwarring te zaaien. Hij maakte een kleine snelle beweging, waardoor het water iets werd opgetild. Dit snoekenkwaad zaaide genoeg verwarring om de schoolklas in paniek te brengen. Dat was een leuke tijd mijmerde hij. Ook nu slaagde hij in zijn opzet met vin en staart. De moedereend schrok zo hevig dat een van de pulletjes zich had afgezonderd, precies zoals hij dit al meerdere keren met succes had uitgevoerd. Een “grijns” ontwaakte op zijn kop. Het pulletjes was in paniek naar de verkeerde oever gevlucht, precies aan zijn kant. Hij moest de afstand snel overbruggen voordat het pulletje zich veilig de oever op worstelde.

Luid piepend zwom het achtste pulletje richting de kant, niet alleen van schrik door de chaos voor hem, maar ook door de paniek van mama Ans. Ans zag dat haar achtste naar de verkeerde oever vluchtte maar zag ook de schaduw die door het water schoot richting haar kleintje. In haar hart wist ze wat dit ging betekenen, ze zou er weldra nog maar zeven achter zich aan hebben. Het eendenzweet brak haar uit.

Sneek was snel en met drie forse slagen van zijn staart bereikte hij pulletje acht, nog maar enkele centimeters was hij verwijderd van een heerlijke maaltijd en om de finale beet in te zetten. Een enorme schaduw schoot over het water richting pulletje acht en Sneek. Ook Sneek zag tot zijn grote schrik deze donkerte over zich heen komen. Voordat hij met een ferme klap van zijn staart kon reageren, boorden 2 klauwen zich in zijn rug en tilden hem uit zijn vertrouwde natte omgeving in een nieuwe waterloze dimensie. Sneek kreeg een mooi weids gezicht over zijn leefgebied. Het gevaar waar hij in zijn jeugd op school voor was gewaarschuwd had hem te pakken. Hij probeerde zich nog los te wurmen met hevige kronkelende moves, maar het mocht niet baten. Het laatste wat hij zag waren enkele paren grote blije okerkleurige ogen en enorme gele snavels die naar hem toekwamen.

Ans en haar zeven overgebleven pulletjes kropen snel op de kant en riepen naar hun broertje die bibberend de oever aan de overkant was opgekropen. Ans liet haar kroost achter in het nest en snelde naar de overkant om haar achtste te halen. Al snel waren ze weer terug en lagen ze genoegzaam en veilig bij elkaar. Hun eerste gevaar getrotseerd. Er volgden elke dag weer nieuwe avonturen. De volgende dag zou het met Rudolf de Rat zijn. Maar dat een andere keer.

De Sheriff

Sherif

Het was zo rond 15,15 uur op een zaterdagmiddag in een Country en Western opgetuigde feesttent in de plaats Chateauroux, Frankrijk.

Achterin de tent speelde op het podium bracht een Country en Western band in een uptempo 4 kwartsmaat hun repertoire ten gehore. Het publiek, geheel gekleed in dezelfde stijl, dansten vrolijk erop los begeleid door jippiejajee kreten en Steston hoeden die in de lucht vlogen. Ik stampte vrolijk mee alsof ik dit elke dag deed en glimlachte naar de geruit/kortgerokte dame die haar gemoed weelderig tentoonstelde in een blauwe blouse met kanten biezen ronde de “halslijn”.In een kort stil moment tussen de tonen van de muziek door hoorde ik achter me een langzaam slepend geluid van metaal dat krassend de vloer teisterde. Het klonk als “klintsjeee, klingstjee, klingstjee.” Ik draaide me nieuwsgierig om om te ontdekken wat dat geluid nu was.

Vlak achter me stond hij. Een oude man van ongeveer 1,68 meter groot. Hij droeg een bruinleren cowboyhoed, de rand keurig omhoog gevouwen, een gleuf in het midden, versierd met een metalen afbeelding van een zwarte stierenkop. Daaronder lang vlassig grijs haar, gevlochten in een staart en samengebonden met een pees van stierenpenis.

De hoed droeg hij diep naar voren over zijn moe en lonesome gegroefde gelaat. Een rood geruite halsdoek in een knoop bedekte zijn dunne smalle geplooide hals en leunde zwaar op zijn scherpe adamsappel, nog net waren de uitlopers van een gevleugelde tattoo zichtbaar. Het boordje van zijn grijskleurige overhemd stond uitdagend open en een plukje grijs borsthaar ontsnapte naar buiten. Op het wat ruim zittende giletje prijkte een grote zilveren ster waarin met duidelijke letters Sheriff stond gegraveerd. Om zijn smalle heupen hing een lange bruine broek waarvan de smalle pijpen te wijd om de benen hingen, de onderkant over de zwarte laarzen getrokken.

Het waren mooie zwaar bewerkte laarzen waarvan het leer schitterde door de rijkelijke bedrukking van krullen en hoefijzer afbeeldingen genaaid aan kwaliteitszolen en een hoge hak. De punten van de laarzen wezen netjes zon 15 graden omhoog. De hakken voorzien van versleten beugels met sporen, welke tijdens het lopen heen en weer waggelden als dronken wieltjes, die een metaal raspend geluid achterlieten. Het geheel werd gecompleteerd door een evenzo bewerkte holsterriem met bijpassende pistolen met lange lopen. Nonchalant op de schouder een ontkoppeld geweer waarvan de loop langs de rug omlaag wees.

Hij keek vervaarlijk de zaal door en duwde zijn Steston met een vingertop omhoog, zodat zijn zwarte ogen onder twee weelderig overhangende wenkbrauwen zichtbaar werden. Zijn norse gezicht klaarde ineens op en begon hij lichtvoetig de horlepiep te dansen en riep uitbundig “howdie mes amie, Jjppiejajee SilverHij stopte net zo snel al hij was getart en duwde zijn hoed weer op zijn plaats. Hij liep verder met een slepende gang de zaal in waarbij het klintsjeee, klingstjee, klingstjee weer hoorbaar was, om even later weer als een pop waar geld in werd gestopt de horlepiep te dansen en “howdie mes amie, Jjppiejajee Silverte roepen. Hij had zeker de lachers op de hand en slofte naar de dansvloer waar hij uit zijn achterzak de handboeien pakte en naar 1 van de weelderige cowgirls liep. Sloeg haar in de boeien en “sleepte” haar mee de dansvloer op. Meerdere koppels volgden vrolijk. De country muziek werd opwindender en de mensen jippiejajeejden alsof het hun leven ervan afhing. Het werd een vrolijke boel waarin ik mezelf ook verloor en voor ik wist stond ik op het danspodium mee te doen in een linedans sessie tot in de late uurtjes. 

Jippiejajeeheee, jippiejajohooo.