
Vanmorgen werd ik badend in het zweet wakker. Niet bepaald een aangenaam gevoel en het went nooit. Ik was paniekerig ontwaakt uit zo’n droom die lang blijft nawerken en waarvan je weet dat het in je werkelijke leven nooit zal gebeuren, althans dat is maar te hopen. De droom speelde zich een tijdje terug in de tijd af.
Ik werkte weer op een kantoor, waarvan de bezetting bestond uit een mengeling van verschillende collega’s van werkgevers, die ik in mijn werkbare leven heb geïrriteerd met mijn aanwezigheid. Het was daar een drukte van vanjewelste, de papieren vlogen in de rondte en iedereen wervelde om mijn bureau met allerlei opdrachten en vragen. Opmerkelijk was echter, dat op alle andere bureaus in het kantoor geen papiertje te vinden was. Alleen mijn bureau, lag bedolven onder een onoverkomelijke berg papier en mappen. Naast mij trilde mijn mobiel ongeduldig en liep mijn email vol.
Een rood aangelopen blondgetooit vrouwenhoofd van middelbare leeftijd schreeuwde in mijn oor, dat ik nog vijf minuten had, om alles verwerkt en geanalyseerd te krijgen. Stress alom dus. Tevens stond één van de directeuren in zijn deuropening, ongeduldig gebarend, naar de klok te wijzen en schreeuwde dat eveneens met vijf minuten het financieel overleg begon. Paniek begon mijn brein te beheersen en alle ogen waren, ook nog eens lacherig en meelijwekkend op mij gericht. Niet zozeer om hetgeen me te wachten stond, maar meer omdat ik praktisch naakt achter mijn bureau zat. Dat was me dus geheel niet opgevallen. Ik was blijkbaar vergeten me behoorlijk aan te kleden, terwijl ik toch zeker wist dat ik me toch echt had aangekleed. Weer zo’n gemene truc van je hersenen om in je dromen alles te veranderen en je belachelijk te maken.
Geschrokken stond ik op en rende gehaast naar de eerste de beste deur, opende deze met een klap tegen de muur en rende hopeloos in paniek de gang op. Iedereen holden lachend en honend met me mee. Met het angstzweet op mijn voorhoofd rende ik de ene na de andere gang in maar vond nergens een uitweg, en ze bleven maar met me meerennen. ‘Gelukkig’, schreeuwde mijn brein het uit, een deur om achter te vluchten kwam in zicht, maar niet dichterbij. Ik nam een enorme sprong en klemde me vast aan de deurkruk en opende de deur en stapte in het luchtledige. Achter de deur was niets, alleen maar lucht en een afgrond van honderden meters. De terugtocht werd belemmerd door de massa vervelende mensen, ik zette me af en viel met een enorme snelheid naar beneden. Het enige wat ik nog kon doen was mijn armen spreiden. En wat een heerlijkheid, ik kon vliegen! Wat een heerlijke bevrijding, een overweldigend gevoel gaf me dat zo zwevend tussen de huizen en bomen.
De droom hield me nog steeds voor de gek, immers er was verder nog niets veranderd. Naakt vloog ik verder en maakte ook enorme sprongen als een sprinkhaan in zijn beste doen. Heel surrealistisch.
Mijn huis bleek verplaatst te zijn en was nergens te vinden. Weer die paniek, weer dat angstzweet, hoe moet dat nu, ik moet me nodig fatsoenlijk aankleden. Handen probeerden me te pakken, waar kwamen ineens al die mensen weer vandaan. Ik vloog niet meer en rende nu met enorme hink-stap-sprongen voort en droeg een pyjama bedrukt met allemaal blauwe smurfen en als ik omkeek waren alle mensen ook verandert in blauwe smurfen die schreeuwden dat ik nog vijf minuten had. Maar ik wist niet meer waarom. Ik struikelde over mijn eigen voeten en viel meters naar beneden in een plotseling verschenen put.
Het was donker en ver omhoog zag ik een klein rond lichtpuntje en naar beneden vallende witte mutsen. Een paar grote groene ogen staarde me aan en langzaam kwam een enorme roodgestreepte kater te voorschijn. Hij leek veel op de kater Casper van de buren, ik schrok me een ongeluk. De angst overwelmde me en voordat een nagel mijn nek doorboorde werd ik met een ruk wakker. Ik lag dwars onder mijn blauwe dekbed met grote witte stippen dat nogal klam aanvoelde.
Mijn poes Amber was net op bed gesprongen om het zich lekker gemakkelijk te maken. De droom liet me niet los. Versuft en nog slaperig herinnerde ik me wat het laatste was, dat ik de avond ervoor op TV had gezien; een trailer van een smurfen film. Ik had me nog zo voorgenomen me niet te laten beïnvloeden door tv commercials. Val dus niet in slaap tijdens de reclamebreak het heeft wel degelijk effect, zo blijkt. Ik stapte uit bed deed de deur open stapte nog verdooft van de droom naar voren ….. en ik viel in het luchtledige. Nee niet weeeeeer!!!!!!
Groeten John
