Plaats Delict

Bonte specht

Het is alweer enige tijd geleden dat ik in onze tuin een boomstammetje heb geplaatst. Daar bovenop een groen plastic bloempotschotel met een omgekeerd plantenkorfje, zodat grotere vogels het voer niet kunnen roven. Aan het stammetje zitten rondom uitstekende stronkjes waaraan je vetbolletjes en pindanetjes kan hangen. De pimpelmeesjes en koolmeesjes genieten van hetgeen wordt aangeboden. Een schitterend gezicht is het om al die vogeltjes te zien stoeien om de beste plekjes en het meeste eten.

Zo ook een echtpaartje bonte spechten. We noemden ze Koba en Kobus. De sekse van de bonte specht kun je gemakkelijk uit elkaar houden, immers alleen het mannetje heeft een rode plek in de nek. Bovendien is het mannetje kort van “gesprek’ terwijl het vrouwtje er lustig op los “spekt” Ja “spekken” noem ik het. Als je het heel hoog en snel “uitspreekt” lijkt het op de roep van een bonte specht.

Koba en Kobus hebben altijd de gewoonte om gaatjes in het boomstammetje te pikken en wel zo dat het precies de grootte is van een pinda. Ze pikken de pinda uit het netje, hippen naar het best uitgepikte gaatje en plaatsen de pinda in de holte, waarna ze het met geduld verorberen. Ze kunnen dat minuten achter elkaar doen en zo de ene pinda na de ander verschalken. Prachtig om te volgen, maar wel een gevaarlijke onderneming zo vlak bij mijn huis.

Het had net gesneeuwd en ik kwam thuis van boodschappen doen, toen mijn blik op een zwarte vlek in de sneeuw viel. Mijn vermoeden werd bewaarheid. Daar lag Koba in een klein plasje rode vloeistof. Haar zwart/witte veertjes verspreid rondom de plaats delict. In de boom enkele meters verder zat Kobus stil tegen de stam aan gedrukt schichtig kijkend van links naar rechts, maar telkens terug naar het tafereel beneden. Verdriet nam van mij meester, ik keek naar het boomstammetje met de uitgepikte ruimtes. Uit een ervan zat nog een pinda, Koba’s pinda.

Even verderop kwam onze poes Amber vrolijk met haar staart omhoog aangelopen. Haar mooie ronde amberkleurige ogen op mij gericht. Ze schuierde snorrend tegen mijn been. In haar linker mondhoekje stak nog een klein zwart/wit veertje. Ze liep naar de plaats delict ging op haar kontje zitten, keek mij hoopvol aan en miauwde trots. Ik aaide haar en begreep haar geste. Ik veegde een traan uit mijn ooghoek zodat ze niets merkte van mijn verdriet.Zo is nu eenmaal de natuur. Dezelfde avond heb ik Koba opgepakt en netjes begraven.

Dagen lang heb ik met Amber op schoot naar het boomstammetje getuurd totdat de pinda eruit viel. Kobus liet zich niet meer zien. De buurtvogeltjes kwetterden en vlogen af en aan, maar het was toch anders, leger.

Groetjes John

2 gedachten over “Plaats Delict”

Plaats een reactie